Vrouwen kunnen binnenkort tot tien jaar na het overlijden van hun partner proberen zwanger te worden met zijn ingevroren sperma. Vandaag ligt die limiet op twee jaar, maar dat veroorzaakt onnodige tijdsdruk, vindt minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit). Zijn voorstel om de termijn te schrappen, passeerde al op kabinetsniveau en ligt in januari op de regeringstafel.

"Na het overlijden van haar partner gaat elke vrouw door een hele zware periode. We willen élke vrouw dan ook de tijd geven die nodig is. Enerzijds de tijd om te rouwen, anderzijds de tijd om te beslissen of ze al dan niet voor een zwangerschap wil gaan", aldus minister Vandenbroucke.

De blogster "Madam Bakster" kaartte het probleem eerder al aan. Zij verloor haar echtgenoot een jaar geleden. Het stel had voor zijn overlijden zijn zaadcellen ingevroren, maar toen hij stierf, werd Laura - de echte naam van Madam Bakster - plots geconfronteerd met de korte termijn om de ingrijpende keuze voor een zwangerschap te maken.

"De wetgeving die Laura aankaart, is verouderd en zorgt ervoor dat je dat nu overhaast moet beslissen. Ook zorgt het voor extra druk omdat je maar maximaal anderhalf jaar kan proberen zwanger te worden. Je kan IVF namelijk pas 6 maanden na het overlijden opstarten", legt minister Vandenbroucke uit.

Daarom wil hij de wet wijzigen zodat de termijn van twee jaar vervalt en die automatisch op tien jaar ligt. Zo lang mogen zaadcellen vandaag ingevroren blijven. "Zo gun je elke vrouw de tijd opdat ze kan proberen het pijnlijke verlies een plaats te geven, alsook om op een weloverwogen manier de beslissing te nemen om toch zwanger te worden van een overleden partner."

Het voorstel passeerde al op het niveau van de kabinetten. In januari ligt het op de regeringstafel. Eerder deze week pleitte Kamerlid Nawal Farih (CD&V) er ook al voor de termijn op te trekken. "Het is onmenselijk om vrouwen in rouw onder tijdsdruk een beslissing over hun kinderwens te laten nemen", luidde het.