Een voltijdse gynaecoloog was in 2023 goed voor 253.310 euro aan terugbetaalde prestaties. Dat is een stijging met 9% tegenover 2018, maar als je rekening houdt met de inflatie hebben de gynaecologen in die tijdspanne naar schatting 12% aan koopkracht ingeboet. In 2025 liep dat nettoverlies al op tot 20% schatten ze zelf. Verder valt vooral de lage conventiegraad (32%) bij deze categorie specialisten op.
De cijfers staan in het Health Professionals Report over gynaecologie van het Riziv. Van de 1.997 gynaecologen in 2023 stonden er 1.611 als actief geregistreerd. Omgerekend naar reële workforce betekent dit dat ons land twee jaar geleden over 1.076 FTE gynaecologen beschikte. Van deze voltijds werkende gynaecologen is 7% ouder dan 65 jaar. En het mag niet verbazen dat deze beroepsgroep sterk gefeminiseerd is: zeven op de tien FTE gynaecologen zijn vrouwen. In 2013 was dat nog één op de twee (49%).
Veruit de hoogste densiteit vinden we in Brussel met 1,66 FTE gynaecologen per 10.000 verzekerden, gevolgd door Luik (1,10), Henegouwen (1,01) en Waals-Brabant (0,94). De densiteit ligt het laagst in Vlaams-Brabant (0,67), Limburg (0,69) en West-Vlaanderen (0,71). De provincie Namen (0,74) heeft een score die eerder bij Vlaanderen aansluit. Antwerpen en Oost-Vlaanderen scoren dan weer hoger met 0,89 en 0,85 vrouwenartsen per 10.000 inwoners.
De onderzoekers verrekenden het aantal gynaecologen dat volledig en partieel tot het akkoord is toegetreden en komen zo uit op een gewogen conventionering van amper 32%. Ter vergelijking: in 2013 lag de gewogen conventiegraad op 31%. Een stijging met afgerond 3,5% op tien jaar tijd is verwaarloosbaar.
De communautaire verschillen springen meteen in het oog: 40% van de Franstalige gynaecologen werkt aan conventietarieven, tegenover 25% van de Nederlandstaligen. Opgesplitst naar provincie blijkt dat amper 2% van de gynaecologen in Luxemburg zich aan de conventietarieven houdt. Ook West-Vlaanderen scoort beduidend lager dan het gemiddelde: 10% is er geconventioneerd. Voor de hoogste percentages moeten we naar Henegouwen (58%), Brussel (43%), Namen (40%). Ook Limburg (37) sluit aan bij dat rijtje.
Dalende workload
Wat blijkt er verder nog uit het rapport? Dat de gemiddelde workload in deze beroepsgroep een dalende trend vertoont. We merken een significante achteruitgang - met bijna 5% - in het aantal jaarlijkse contacten per FTE gynaecoloog: van 4.353 contacten in 2018 tot 4.147 in 2022. Ook het gemiddelde aantal patiënten per gynaecoloog daalde over dezelfde periode met goed 3% tot 1.608 in 2022.
Of die dalende workload een negatieve impact heeft op het bruto-inkomen van de gynaecologen valt op het eerste gezicht moeilijk te zeggen. Feit is dat het Riziv in 2023 per voltijdse gynaecoloog gemiddeld 253.310 euro aan terugbetaalde prestaties uitkeerde. In 2018 was dat nog 231.784 euro. Een stijging met 9,29%.
Maar in diezelfde tijdspanne was er een inflatie van meer dan 20%, wat maakt dat de lonen van het personeel, de kosten van materiaal in verhouding veel sterker stegen dan de bruto-omzet van de artsen. Met een inflatie van meer dan 27% tussen 2018 en 2025 gaan de gynaecologen er zelf van uit dat hun netto-inkomsten er op zeven jaar tijd met ongeveer 20% op achteruitgingen.
> Lees ook:
> Tom Bovyn: “Voor de gynaecologen mag de herijking van de erelonen er snel komen”
> Pediaters: 10% minder terugbetaald op vijf jaar tijd
> Health Report Riziv probeert anesthesisten in kaart te brengen
> Cardiologen betreuren dat Riziv hun bruto-inkomsten online zet
> Tocht door het financiële moeras van de algemeen chirurgen
> Voltijds actieve huisarts draait bruto omzet van ruim 200.000 euro
Laatste reacties
Katrien Vanden Broecke
17 april 2025Beste meneer JP Sansen. In al uw reacties (en u reageert werkelijk overal waar er over artsenlonen gesproken wordt) bemerk ik de inherente afkeer tegen een arts die winst maakt. Hoe komt het toch dat de bevolking vindt dat een voetballer elke week een bruto jaarloon van een arts mag verdienen maar een arts zijn beroep moet doen als gunst naar de samenleving. Vergeet niet dat een zelfstandig arts zelf moet instaan voor zijn pensioen en geen zaak heeft om te verkopen, terwijl hij meestal ook werk en dus inkomen voorziet voor anderen (secretaresse, verpleegster..) en de honoraria amper geïndexeerd worden. Op een tijdspanne van een goede 30 jaar moet je enkele miljoenen opzij zetten voor een goede oude dag. Ik vrees dat er daarom bijna geen enkele arts stopt op zijn 65 jaar…
Tom BOVYN
17 april 2025Dag tandarts Sansen, wat zou er fout zijn aan de titel? Als het bruto bedrag aan terugbetaalde prestaties onvoldoende stijgt, dan gaan we erop achteruit. Personeelskosten door automatische loonindexering en energiekosten zijn veel meer gestegen. We vragen dus een injectie bij de herijking, want we bengelen onderaan in het lijstje van de specialisten, dat is toch een legitieme vraag?
Lode DANNEELS
17 april 2025aantal patiëntencontacten per gynaecoloog is gedaald, niet de workload. Er is door de toegenomen administratieve druk en toegenomen mondigheid van de patiënten (veel informatie en vragen vooral tijdens zwangerschap en menopauze) meer tijd nodig per patiënt
Jp SANSEN
17 april 2025De titel van dit artikelis nogal fout, hé. Wordt totaal tegengesproken door wat het artikel zegt.
En wat bedoelgt men 'met koopkracht'? Geldomuit te geven om te leven of geld in overvleod om luxe te voeren?