De kranten De Standaard en Gazet van Antwerpen schreven dinsdag dat de bijna volledige terugbetaling van de niet-invasieve prenatale test (NIPT) niet tot minder geboortes van kinderen met het syndroom van Down leidt, maar volgens minister van Volksgezondheid Maggie De Block (Open Vld) kan dat oorzakelijk verband nog niet gelegd worden. "Het is te vroeg om te concluderen dat er minder kinderen met het syndroom van Down worden geboren. Het effect van terugbetaling van de NIPT-test wordt pas zichtbaar bij de geboortes vanaf januari 2018", zegt ze in een persbericht.
In Vlaanderen werden in 2017 42 kinderen met downsyndroom geboren, elf meer dan twee jaar geleden. 2017 was ook het jaar waarin minister De Block besloot de NIPT-test bijna helemaal terug te betalen aan iedere zwangere vrouw die hem wilde laten uitvoeren. De test, die gebeurt via een bloedprik bij de aanstaande moeder, speurt naar drie chromosomale afwijkingen bij het ongeboren kind, waaronder trisomie 21 of Down.
In een reactie op het nieuws zegt De Block dinsdag dat het effect van de terugbetaling van de NIPT-test, die ingevoerd werd in de zomer van 2017, pas zichtbaar wordt bij de geboortes vanaf januari 2018. De geboortecijfers die dinsdag bekend raakten, komen uit een evaluatierapport van het Studiecentrum voor Perinatale Epidemiologie (SPE) en hebben enkel betrekking op het jaar 2017.
De Block blijft intussen de terugbetaling van de test verdedigen. "Dankzij de NIPT-test moeten er minder invasieve testen worden uitgevoerd en daardoor verkleint het risico op een miskraam. Die invasieve tests leiden in 1 op de 100 gevallen tot een miskraam. Elk jaar verloren gemiddeld vijftig vrouwen in ons land hun ongeboren kind op deze manier", zegt ze. Hoe dan ook is bij een positief resultaat van de NIPT-test toch nog een vruchtwaterpunctie of vlokkentest noodzakelijk voor een definitieve bevestiging, zeker bij jonge vrouwen, aldus De Block.
De minister zegt dat het nooit de bedoeling is geweest om de geboortes van het aantal kinderen met het syndroom van Down te beïnvloeden, "wel om de meest betrouwbare test aan te bieden aan aanstaande ouders die bewust de keuze maken voor prenatale screening".