Het Universitair Psychiatrisch Centrum (UPC) van de KU Leuven organiseert donderdag een congres over psychotische kwetsbaarheid in het peripartum (de periode rond de geboorte, nvdr). Een van de redenen is dat de problematiek van de "postpartum psyschose" nog onvoldoende gekend is, ook bij zorgverleners.

Het UPC wil, samen met het Vlaams Expertise Netwerk Perinatale Mentale Gezondheid, zorgverleners opleiden opdat ze de symptomen sneller herkennen. Psychose na de bevalling komt bij ongeveer 1 tot 2 op de 1.000 moeders voor. Bij jonge moeders met een gekende bipolaire stoornis of bij moeders die eerder een postpartum psychose doormaakten wordt het hervalrisico op 25-50 procent geraamd.

De symptomen ontstaan de eerste dagen tot weken na de bevalling. In de meeste gevallen is dat thuis, gezien de kortere ligduur na een bevalling in Vlaanderen. Dat vraagt om goede handvatten voor zorgverleners die een jong gezin thuis begeleiden. Zij moeten getraind worden om de eerste tekenen te herkennen, zodat ze de juiste ondersteuning kunnen geven.

Voor de jonge - of aanstaande - moeders en hun gezin is een eigen vangnet broodnodig. Daarnaast is er ook nood aan een professionele begeleiding. Die kent meerdere uitdagingen. Zo is er bij moeders met een bipolaire stoornis een hoog risico op herval. Als er medicamenteuze behandeling nodig is, moet dat nauwgezet opgevolgd worden met overleg tussen de verschillende betrokken zorgverleners en de (aanstaande) ouders.

Het congres in het Provinciehuis in Leuven van donderdag 26 september - het tweede over perinatale psychiatrie - richt zich op een breed publiek: huisartsen, psychiaters, kinderpsychiaters, gynaecologen, neonatologen, pediaters, artsen verbonden aan Kind en Gezin, vroedvrouwen, psychologen, therapeuten en sociaal werkers. Naast Vlaamse experts komen ook specialisten van het Erasmus MC Rotterdam aan het woord.